Источник информации:
официальный сайт ВОИС
Для удобства навигации:
Перейти в начало каталога
Дела по доменам общего пользования
Дела по национальным доменам
WIPO Arbitration and Mediation Center
UITSPRAAK GESCHILLENBESLECHTER
Draijer Vermogensmanagement B.V. v. Parknet B.V.
Zaaknr. DNL2008-0020
1. Partijen
Eiseres is Draijer Vermogensmanagement B.V. gevestigd te 's-Hertogenbosch, Nederland, vertegenwoordigd door N.R.H. Draijer.
Verweerster is Parknet B.V., gevestigd te Berghem, Nederland, vertegenwoordigd door BliXem Internet Services.
2. De Domeinnaam
De onderhavige domeinnaam <draijer.nl> (hierna de "Domeinnaam") is geregistreerd bij SIDN via BliXem Internet Services te Nijmegen, Nederland.
3. Geschiedenis van de Procedure
De Eis is ingediend bij het WIPO Arbitration and Mediation Center (het "Instituut") op 19 juni 2008. Het Instituut heeft op 25 juni 2008 per e-mail een verificatieverzoek aan SIDN gestuurd met betrekking tot de onderhavige domeinnaam. In antwoord hierop heeft SIDN op 26 juni 2008 bevestigd dat Verweerster geregistreerd staat als de domeinnaamhouder en heeft SIDN de contactgegevens van Verweerster overlegd. In antwoord op een melding van het Instituut dat de Eis administratieve gebreken bevatte, heeft Eiseres op 26 juni 2008 een aangepaste Eis ingediend. Het Instituut heeft vastgesteld dat de aangepaste Eis voldoet aan de formele vereisten van de Geschillenregeling voor .nl-domeinnamen (de "Regeling).
Overeenkomstig de artikelen 5 en 15.5 van de Regeling heeft het Instituut Verweerster formeel op de hoogte gesteld van de Eis en is de procedure op 27 juni 2008 aangevangen. In overeenstemming met Artikel 7.1 van de Regeling was de laatste datum voor het indienen van het Verweerschrift 17 juli 2008. Verweerster heeft een Verweerschrift ingediend op 15 juli 2008.
Het Instituut heeft op 22 juli 2008 een Geschillenbeslechter benoemd in deze zaak. Deze Geschillenbeslechter heeft zich, na ontvangst van het volledige zaakdossier, op 1 augustus 2008 wegens mogelijke belangenverstrengeling teruggetrokken als Geschillenbeslechter. Hiervan heeft het Instituut melding gemaakt aan partijen op 11 augustus 2008.
Het Instituut heeft vervolgens op 15 augustus 2008 Alfred Meijboom benoemd als Geschillenbeslechter. De Geschillenbeslechter stelt vast dat de Geschillenbeslechter correct is benoemd. De Geschillenbeslechter heeft de Verklaring van Onpartijdigheid en Onafhankelijkheid aan het WIPO Arbitration and Mediation Center overlegd, zoals vereist door het Instituut overeenkomstig Artikel 8.2 van de Regeling.
4. Feitelijke Achtergrond
Eiseres is in 2007 opgericht en op 25 januari 2007 ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Eiseres houdt zich bezig met begeleiding en advisering van (rechts)personen op financieel en economisch terrein.
Eiseres is houdster van het Benelux woordmerk DRAIJER (nr. 0824959), ingeschreven op 7 augustus 2007 en geregistreerd in de klassen 35, 36, 42, 44 en 45 voor voornamelijk adviserende diensten, onder meer op gebied van financià«n en verzekeringen, bouw en constructie, tuinarchitectuur en fiscaal recht (het "Merk").
De Domeinnaam is geregistreerd op 20 april 2000. Op de website www.draijer.nl worden verschillende gesponsorde links en links naar zoekmachines weergegeven. Ook vermeldt de website dat de Domeinnaam te koop is.
Eiseres en Verweerster hebben in het verleden reeds met elkaar gecorrespondeerd over de Domeinnaam. Bij e-mail van 10 juli 2006 heeft Verweerster aan Eiseres de Domeinnaam te koop en te huur aangeboden. Eiseres heeft tevens via haar advocaat bij brief van 10 december 2007 Verweerster verzocht merkinbreuk te staken en de Domeinnaam door te halen c.q. aan Eiseres over te dragen.
5. Stellingen van Partijen
A. Eiseres
Eiseres stelt rechthebbende te zijn op het Merk waaraan de Domeinnaam identiek is. Daarnaast stelt Eiseres een bedrijf uit te oefenen onder de naam Draijer Vermogensmanagement B.V. waarmee zij sinds 25 januari 2007 aan het maatschappelijk verkeer deelneemt. Ook stelt Eiseres dat haar naamgever de natuurlijke persoon N.R.H. Draijer is die sinds 24 januari 1966 houder is van de persoonsnaam Draijer. Deze persoon staat ingeschreven in de Nederlandse gemeentelijke basisadministratie van de gemeente 's-Hertogenbosch.
Eiseres stelt voorts dat het eigendom van het Merk bij Eiseres ligt en Verweerster geen recht heeft op de Domeinnaam. Verder stelt Eiseres dat Verweerster geen gebruik maakt van de Domeinnaam en daarom geen legitiem belang heeft bij registratie.
Tot slot stelt Eiseres dat de Domeinnaam te kwader trouw is geregistreerd omdat Verweerster geen andere intentie zou kunnen hebben gehad dan commercieel gebruik van de Domeinnaam. Uit een e-mail van 10 juli 2006 van Verweerster aan Eiseres blijkt dat Verweerster de Domeinnaam te koop en/of te huur aanbiedt. Uit correspondentie van december 2007 blijkt dat de Domeinnaam tegen een hogere prijs te koop wordt aangeboden. Volgens Eiseres duidt dit op speculatie met de Domeinnaam.
Eiseres verzoekt de Geschillenbeslechter een uitspraak te doen die bepaalt dat Eiseres houdster zal worden van de Domeinnaam in plaats van Verweerster.
B. Verweerster
Verweerster stelt primair dat de Geschillenbeslechter zich niet-bevoegd dient te verklaren op grond van artikel 9.2 van de Regeling. Zij stelt hiertoe dat artikel 21.2 van het sinds 28 februari 2008 gewijzigde reglement voor .nl-domeinnaam registratie (hierna "het Registratie Reglement") een onredelijk bezwarend beding bevat in de zin van artikel 6:236 sub n BW en als zodanig vernietigbaar is.
Aan het onredelijk bezwarende karakter van het beding draagt volgens Verweerster bij dat het beding tot stand is gekomen zonder goedkeuring van het Registratie Reglement door de huidige domeinnaamhouders en deelnemers. Doordat de Regeling met terugwerkende kracht is ingevoerd zou daarbij aan alle domeinnaamhouders eenzijdig de verplichting zijn opgelegd zich te conformeren aan een regeling waarin zij niet gekend zijn. Tot slot stelt Verweerster dat zij het beding bij faxbrief van haar advocaat van 27 februari 2008 aan SIDN buiten rechte heeft vernietigd waardoor het beding geen werking heeft jegens haar en zij niet onderworpen is aan de Regeling.
Voor zover de Geschillenbeslechter zou oordelen dat het beding van artikel 21.2 van het Registratie Reglement niet in zijn geheel onredelijk bezwarend is, stelt Verweerster de Geschillenbeslechter in elk geval dient te oordelen dat het beding onredelijk bezwarend is met betrekking tot de Domeinnaam.
Mocht de Geschillenbeslechter zich wel bevoegd achten, dan stelt Verweerster dat Eiseres niet heeft voldaan aan haar stel- en bewijsplicht op grond van artikel 2.1 van de Regeling, nu zij niet heeft gesteld noch bewezen dat de Domeinnaam te kwader trouw is geregistreerd of gebruikt. Verweerster stelt dat zij zich ten tijde van de registratie van de Domeinnaam in 2000 niet bewust kon zijn van het toekomstige bestaan van Eiseres of haar merkrechten, om welke reden de Domeinnaam niet te kwader trouw is geregistreerd. Verweerster verwijst hierbij naar uitspraken van UDRP panels.
Verweerster verzoekt de Geschillenbeslechter om zich niet bevoegd te verklaren. Subsidiair verzoekt Verweerster de Geschillenbeslechter de door Eiseres ingestelde vordering af te wijzen.
6. Oordeel en Bevindingen
De Geschillenbeslechter dient alvorens inhoudelijk op het geschil in te kunnen gaan eerst te oordelen over zijn bevoegdheid van onderhavig geschil kennis te nemen naar aanleiding van het bevoegdheidsverweer van Verweerster.
Bevoegdheid Geschillenbeslechter
Verweerster stelt primair dat de Geschillenbeslechter zich onbevoegd dient te verklaren en voert hiertoe onder meer aan dat artikel 21.2 van het Registratie Reglement een onredelijk bezwarend beding is in de zin van artikel 6:236 sub n BW dat als zodanig vernietigbaar is.
Artikel 21.2 van het Registratie Reglement bepaalt dat iedere domeinnaamhouder onderworpen is aan de Regeling en de daarin gedane uitspraken wanneer een derde op grond van de Regeling een geschillenprocedure jegens hem instelt over een op zijn naam geregistreerde domeinnaam.
Artikel 6:236 BW bevat de zogenaamde zwarte lijst. Dat is een lijst van bedingen die als onredelijk bezwarend gelden, voor zover zij deel uitmaken van algemene voorwaarden in een overeenkomst met een natuurlijke persoon die niet (mede) handelt in de uitoefening van een beroep op bedrijf.
De Geschillenbeslechter is van oordeel dat het Registratie Reglement en de Regeling algemene voorwaarden in de zin van artikel 6:231 BW zijn. Verweerster is evenwel een rechtspersoon. Nu Verweerster niet heeft gesteld noch bewezen dat zij als consument kan worden aangemerkt, dan wel een met een consument vergelijkbare positie inneemt, komt Verweerster geen beroep toe op artikel 6:236 BW, en kan zij dus niet de nietigheid van het beding genoemd in artikel 6:236 sub n BW op voet van artikel 6:233 BW inroepen.
Verweerster heeft een brief van 27 februari 2008 aan SIDN overgelegd waarin een advocaat namens drie partijen, waaronder Verweerster, het beding van – naar de Geschillenbeslechter begrijpt – artikel 21.2 van het Registratie Reglement buiten rechte heeft vernietigd waardoor het beding geen werking zou hebben jegens Verweerster en zij niet onderworpen zou zijn aan de Regeling. Reeds omdat de motivering voor de vernietiging in bedoelde brief ontbreekt1 kan de Geschillenbeslechter zich geen oordeel vormen over de juistheid van de grondslag voor vernietiging (anders dan het beroep op vernietigbaarheid van het beding op grond van artikel 6:233 juncto 6:236 sub n BW, die in de voorgaande alinea is afgewezen) zodat daaraan voorbij wordt gegaan.
Verweerster voert voorts aan dat de Regeling jegens haar bovendien niet van toepassing is omdat zij de Domeinnaam ruim voor de invoering van de Regeling en de inmiddels door de Regeling vervangen eerdere Regeling voor .nl-domeinnaamarbitrage heeft geregistreerd, zodat het onredelijk bezwarend voor haar zou zijn indien de Regeling voor haar zou gelden. De Geschillenbeslechter begrijpt dit subsidiaire verweer als een andere invulling van de vernietigbaarheid van artikel 21.2 van het Registratie Reglement op grond van artikel 6:233 BW. Anders dan geldt voor de vernietigbaarheid van de bepaling op grond van artikel 6:236 sub n BW komt Verweerster een beroep toe op deze bepaling nu zij geen natuurlijke persoon is. Dat maakt echter niet dat de Geschillenbeslechter de ingeroepen nietigheid van artikel 21.2 van het Registratie Reglement zal honoreren en zich onbevoegd zal verklaren. De Geschillenbeslechter neemt daarbij in aanmerking dat op grond van artikel 6:233 BW bij een beoordeling van de nietigheidsvraag de belangen van partijen en overige omstandigheden van het geval in acht moeten worden genomen.
Doordat artikel 30.1 van het Registratie Reglement bepaalt dat het bestuur van SIDN het recht heeft om (nadere) afzonderlijke regelingen vast te stellen en de Regeling zo'n regeling is, zij tot stand is gekomen na publieke raadpleging van de lokale internetgemeenschap en andere belanghebbenden en op advies van de klankbordgroep (zoals volgt uit het eindrapport van het Domeinnaamdebat 20062), en Verweerster een professionele partij op het gebied van domeinnamen is en uit dien hoofde waarschijnlijk al lang bekend is met de wens van de internetgemeenschap en de overheid om een eenvoudige wijze van geschillenbeslechting voor handen te hebben in geval van domeinnaamdisputen, acht de Geschillenbeslechter artikel 21 van het Registratie Reglement niet onredelijk bezwarend voor Verweerster. Hierbij overweegt de Geschillenbeslechter verder dat partijen, ongeacht de uitspraak van de Geschillenbeslechter, hun zaak aan de bevoegde rechter kunnen voorleggen.
De Geschillenbeslechter verklaart zich derhalve bevoegd om van het geschil kennis te nemen.
A. Identiek of Verwarringwekkend Overeenstemmend
De Geschillenbeslechter stelt vast dat Eiseres rechthebbende is op een naar Nederlands recht beschermd merk, te weten het Beneluxmerk DRAIJER (registratienummer 824959), ingeschreven op 7 augustus 2007 voor voornamelijk adviserende diensten, onder meer op gebied van financià«n en verzekeringen, bouw en constructie, tuinarchitectuur en fiscaal recht.
De Geschillenbeslechter stelt voorts vast dat Verweerster niet heeft betwist dat Eiseres sinds 25 januari 2007 rechthebbende is op de handelsnaam Draijer Vermogensmanagement B.V., zodat daarvan wordt uitgegaan.
Tot slot stelt de Geschillenbeslechter vast dat niet Eiseres zelf, maar haar vertegenwoordiger in dit geschil rechthebbende is op een in een Nederlandse gemeentelijke basisadministratie geregistreerde persoonsnaam zoals bedoeld in artikel 2.1 sub a onder II van de Regeling. Derhalve komen Eiseres op deze grond geen rechten toe.
Nu volgens vaste rechtspraak in domeinnaamzaken, zowel voor de gewone rechter, in arbitrages als in geschillenprocedures als de onderhavige, het top level domain .nl bij de beoordeling van overeenstemming tussen merk en domeinnaam buiten beschouwing moet worden gelaten, stelt de Geschillenbeslechter vast dat de Domeinnaam identiek is aan het Beneluxmerk DRAIJER van Eiseres.
B. Recht of Legitiem Belang
Op grond van 2.1 sub b van de Regeling dient Eiseres te stellen en te bewijzen dat Verweerster geen recht op of legitiem belang heeft bij de Domeinnaam.
Volgens vaste rechtspraak dient Eiseres prima facie aannemelijk te maken dat Verweerster geen recht heeft op of rechtmatig belang heeft bij de Domeinnaam (Technische Unie B.V. and Otra Information Services v. Technology Services Ltd.,
WIPO Zaaknr. DNL2008-0002). Indien hieraan is voldaan, dan rust op Verweerster de bewijslast aan te tonen dat zij een recht op of een legitiem belang bij de Domeinnaam heeft. Slaagt Verweerster hier niet in, dan wordt verondersteld dat Eiseres voldaan heeft aan het vereiste van artikel 2.1 sub b van de Regeling.
Eiseres voert aan dat Verweerster geen recht op of legitiem belang heeft bij de registratie van de Domeinnaam op basis van Eiseres' Merk en handelsnaam uit 2007, en omdat Verweerster geen gebruik van de Domeinnaam uit 2000 zou maken.
De Geschillenbeslechter begrijpt dat Eiseres bedoelde dat Verweerster geen recht op of legitiem belang heeft bij de Domeinnaam – en dus niet (enkel) bij de registratie daarvan – zulks in overeenstemming met artikel 2.1 sub b van de Regeling. Daarmee heeft Eiseres echter niet voldaan aan haar stel- en bewijsplicht omdat het feit dat zij een merk- en handelsnaamrecht heeft niet per se betekent dat Verweerster geen recht heeft, terwijl Verweerster bovendien heeft aangetoond dat zij de Domeinnaam wel degelijk gebruikt.
Eiseres heeft derhalve niet aangetoond dat Verweerster geen recht op of legitiem belang heeft bij de Domeinnaam.
C. Geregistreerd of Gebruikt te Kwader Trouw
Op grond van 2.1 sub c van de Regeling dient Eiseres verder te stellen en te bewijzen dat de Domeinnaam te kwader trouw is geregistreerd of wordt gebruikt.
Eiseres voert enkel aan dat Verweerster sinds de registratie van de Domeinnaam in 2000 geen andere intentie kan hebben gehad dan om de Domeinnaam commercieel te gebruiken of te verkopen met winst, hetgeen zou blijken uit het feit dat Eiseres, toen zij voor het eerst in 2006 een website wilde inrichten en aan Verweerster vroeg of zij dat onder de Domeinnaam kon doen, Verweerster haar de Domeinnaam te koop heeft aangeboden. Doordat zij de Domeinnaam in 2007 te koop heeft aangeboden tegen een hogere prijs dan in 2006 zou er volgens Eiseres sprake van bewijs van speculatie zijn.
Blijkbaar heeft Eiseres hierbij het oog op artikel 3.2 sub a van de Regeling dat als voorbeeld van registratie of gebruik te kwader trouw van een domeinnaam noemt "de domeinnaam is hoofdzakelijk geregistreerd of verworven om deze voor een bedrag dat hoger is dan de registratiekosten te verkopen, verhuren of anderszins over te dragen aan de eiser of een van diens concurrenten".
Eiseres mag evenwel niet uit het oog verliezen dat de kwade trouw wel op enigerlei wijze in relatie tot haar moet staan en dat registratie van een domeinnaam met als doel de verkoop ervan als zodanig, zonder bijkomende omstandigheden, niet te kwader trouw jegens Eiseres is.
Vast staat dat Verweerster de Domeinnaam in 2000 heeft geregistreerd en dat Eiseres pas in 2007 is opgericht en het Merk pas in 2007 is geregistreerd. Doordat Eiseres niet heeft gesteld, laat staan bewezen, dat Verweerster in 2000 de thans door Eiseres ingeroepen rechten had moeten kennen, of andere omstandigheden aanvoert die maken dat Verweerster de Domeinnaam jegens haar te kwader trouw heeft geregistreerd of gebruikt, is Eiseres er ook niet in geslaagd bewijs te leveren van het derde element van artikel 2.1 van de Regeling.
7. Uitspraak
Op basis van het bovenstaande wijst de Geschillenbeslechter de vordering af.
Alfred Meijboom
Geschillenbeslechter
Datum: 25 augustus 2008
1 Die stond blijkbaar in een niet overgelegde brief van 18 februari 2008 aan SIDN.
2 http://www.domeinnaamdebat2006.nl.